Overslaan en naar de inhoud gaan

Aanvraagformulier

Alle onderzoeken moeten aangevraagd worden d.m.v. een aanvraagformulier. Stalen zonder aanvraagformulier worden niet behandeld. Het is de verantwoordelijkheid van de aanvragende arts dat het aanvraagformulier correct is ingevuld en voldoet aan alle wettelijke bepalingen (zie laboratoriumgids).

Noteer zeker steeds de noodzakelijke gegevens met betrekking tot het monster:

  • Aard van het onderzoek (biopsie, cytologie, autopsie,…)
  • Datum en uur van afname
  • Fixatiegegevens: datum en uur van prelevementname alsook start uur van fixatie (vnl. van belang bij borstletsels)
  • Anatomische lokalisatie: orgaan, plaats in het orgaan, lateraliteit
  • Klinische inlichtingen
  • Eventuele specifieke vraagstelling

Wanneer de aanvraag betrekking heeft op meer dan één monster (‘deelmonsters’), aangeleverd in verschillende recipiënten, moet de aanvrager de gegevens vermelden voor elk monster, gebruik makend van een unieke nummering die overeenkomt met deze op de recipiënten (‘deelnummering’).

Standaardvoorzorgsmaatregelen

Potentieel besmettingsgevaar (bv. TBC, Hepatitis, HIV,…) moet door de aanvrager duidelijk vermeld worden op het aanvraagformulier.

Identificatie stalen

Vermeld de patiëntgegevens op het recipiënt met ook eventuele deelnummering als er meer dan één recipiënt per patiënt is (in overeenstemming met de deelnummering op het aanvraagformulier).

Procedure verpakkingsinstructies stalen

Je vindt de procedure terug in dit document.

Recipiënten en fixatie

Voor gedetailleerde informatie verwijzen we naar de laboratoriumgids. Alle stalen mogen bewaard worden op kamertemperatuur (met uitzondering van het Belzer medium).

1. Histologisch onderzoek

Alle weefsels (o.a. biopten, resectiestukken, ...) voor routine histologisch onderzoek moeten na afname onmiddellijk gefixeerd worden in 10% gebufferde formol (4% formaline).

2. Biopten voor peroperatoir onderzoek

Hiervoor wordt minstens 1 dag op voorhand telefonisch contact opgenomen met het Laboratorium voor Pathologische Anatomie. Dit weefsel dient vers en droog ingestuurd te worden.

3. Prelevementen voor lymfoom

De diagnostiek van lymfomen omvat 2 luiken. Hierbij wordt een deel van het fragment gefixeerd op formol, en deel wordt vochtig gehouden in fysiologisch water.

4. Biopten voor immuunfluorescentie

De diagnostiek van lymfomen omvat 2 luiken. Hierbij wordt een deel van het fragment gefixeerd op formol, en deel wordt bewaard in Belzer medium.

!Belzer medium moet altijd in de koelkast bewaard te worden!

5. Stalen voor cytologisch onderzoek

  • Urine

Fixeren met een gelijke hoeveelheid blauwe fixeervloeistof (CytoRich® Blue Preservative Fluid).

  • Cervicovaginale cytologie

Het materiaal moet afgenomen worden met de Cervex-Brush®.

  • FNAC (fijne naald aspiratie cytologie)

Fixeren in roze fixeervloeistof (CytoRich® Non-Gyn Red Preservative).

  • Overige lichaamsvochten

Fixeren met een gelijke hoeveelheid roze fixeervloeistof (CytoRich® Red Preservative Fluid).

Staaltransport

Stalen kunnen afgegeven worden op het secretariaat voor het laboratorium (route 405) op weekdagen tussen 9  – 17 uur.

Het transport van stalen per buizenpost naar het laboratorium voor pathologische anatomie is voorbestemd voor welbepaalde afdelingen:

  • endoscopie
  • dagbehandeling heelkunde, oftalmologie, MKA
  • poliklinieken
  • laboratorium voor klinische biologie

Stalen moeten (indien mogelijk) verpakt worden per patiënt in een zip zakje met bijgevoegd aanvraagformulier.

Aanvaardings- en rejectiecriteria

Binnen het laboratorium voor pathologische anatomie gelden er aanvaardings- en rejectiecriteria. Deze criteria kunnen ertoe leiden dat het patiëntenmateriaal niet verder onderzocht wordt, of dat er gepoogd wordt het materiaal verder te onderzoeken, maar met vermelding van een ‘disclaimer’ in het patholoog-anatomisch verslag. De aanvragende arts zal steeds op de hoogte gebracht worden.

Rejectiecriteria die leiden tot het niet verwerken van het ingestuurde materiaal zijn:

  • Cervicovaginale cytologie ingestuurd op formol
  • Geen identificatie mogelijk van de aanvraagformulieren en/of recipiënten zodat er geen toewijzing kan gebeuren van het materiaal aan de patiënt (ook niet na contact met de aanvragende arts)

Rejectiecriteria waarbij het materiaal verder onderzocht wordt, maar er een disclaimer in het verslag verschijnt:

  • Bij onvoldoende kwaliteit voor betrouwbare analyse
  • Aanvraagformulier met verschillende recipiënten waarbij de nummering op de recipiënten of het aanvraagformulier niet overeenstemmen
  • Aanvraagformulier zonder patiëntenidentificatie met duidelijk bijhorend recipiënt waarbij er een identificatie is (bv in 1 zakje)
  • Aanvraagformulier met patiëntenidentificatie met bijhorend recipiënt zonder patiëntenidentificatie (bv in 1 zakje)
  • Verkeerde fixatie
  • Stalen voor vriescoupe gefixeerd in formol: hierbij zal het gevraagde onderzoek niet kunnen uitgevoerd worden, maar wordt het materiaal verwerkt zoals standaardbiopsies
  • Niet-cervicovaginale cytologie gefixeerd in formol
  • Niet-gefixeerde stalen die niet onmiddellijk naar het laboratorium werden gebracht