Na de operatie brengen de anesthesist en de verpleegkundige je naar de ontwaakruimte. Gespecialiseerde verpleegkundigen volgen je parameters op en optimaliseren de pijnstilling. Indien nodig krijg je wat extra zuurstof via een slangetje in je neus.
- Wanneer je voldoende wakker en comfortabel bent, ga je terug naar je verpleegeenheid.
- Wanneer het nodig is om je langer en intensiever te volgen, moet je enkele uren of dagen op de dienst intensieve zorgen doorbrengen.
Als je dezelfde dag naar huis mag:
- Zorg je ervoor dat een volwassene je begeleidt en dat je niet alleen thuis bent.
- Rijd je niet zelf naar huis.
- Eet en drink je licht verteerbare voedingsmiddelen de eerste 24 uur na de operatie.
Pijnbehandeling na de operatie
Pilletjes en bruistabletten
Neem deze pijnstillers regelmatig in zodra je kan eten en drinken en geen last hebt van misselijkheid. Het duurt minstens een half uur voordat ze beginnen werken.
Inspuitingen
Krachtige pijnstillers krijg je vaak via een inspuiting toegediend:
- via een infuus (buisje in de ader)
- via de bilspier (intramusculaire injectie)
In uitzonderlijke gevallen geven deze aanleiding tot braken en misselijkheid.
Pijnpomp
Je krijgt continu een bepaalde hoeveelheid pijnmedicatie toegediend. Dit via een infuus of de katheter die geplaatst werd voor de locoregionale pijnverdoving.
Door een eenvoudige druk op de knop geeft de pomp je een vooraf ingestelde dosis. Zo beheer je zelf de pijnpomp. De anesthesist bepaalt hoeveel medicatie je per druk krijgt en wat de maximale hoeveelheid is per uur.
De pijnpomp wordt gebruikt bij een grotere of pijnlijke operatie, zoals een buik- of een rugoperatie. Na de operatie geven de verpleegkundigen je meer uitleg.