Overslaan en naar de inhoud gaan

Hier vind je alle informatie over hartoperaties en medicatie. Op zoek naar de behandeling van een specifieke aandoening? Je vindt alles terug in onze brochures.

Hartoperatie

Voor hartoperaties zoals overbruggingen en klepoperaties (klepherstel of klepvervanging) werkt AZ Sint-Maarten samen met het Imeldaziekenhuis te Bonheiden. Alle voorbereidende onderzoeken kunnen gebeuren in AZ Sint-Maarten, inclusief hartkatheterisatie en aanvullende ingrepen om een vernauwing aan de kransslagaders te verhelpen. Dan kan bijvoorbeeld via het plaatsen van een stent of een ballon.

De hartchirurgen in het Imeldaziekenhuis verrichten zelf de hartoperatie, waarna de verdere revalidatie en opvolging na de operatie kan gebeuren in AZ Sint-Maarten. 

Medicatie

Bloedverdunners

Patiënten met een hartaandoening moeten in vele gevallen bloedverdunners innemen, meestal levenslang.
Frequent gebruikte bloedverdunners zijn:

  • Asaflow 80 mg, Cardioaspirine 100 mg.
  • Clopidogrel of Plavix 75 mg
  • Ticagrelor of Brilique 90 mg
  • Prasugrel of Efient 5 of 10 mg
  • Marevan
  • Marcoumar
  • Sintrom
  • Eliquis 2,5 of 5 mg
  • Pradaxa 110 of 150 mg
  • Xarelto 15 of 20 mg

Een hartinfarct ontstaat dikwijls door vorming van een klonter in de kransslagaders op een plaats waar reeds een matige vernauwing is. Bij patiënten met gekende verkalking van de kransslagaders of bij patiënten die reeds een hartinfarct hebben doorgemaakt, wordt dan ook steeds een bloedverdunner opgestart.

In eerste instantie is dit een lage dosis Aspirine, bijvoorbeeld Asaflow 80 mg of Cardioaspirine 100 mg. In deze lage dosis heeft Aspirine een bloed verdunnend effect. Als Aspirine als koortswerend middel of als pijnstiller gebruikt wordt dienen hogere dosissen toegediend te worden.

Omdat bij hartpatiënten slechts een lage dosis Aspirine noodzakelijk is, is de kans op nevenwerkingen beperkt. Aspirine zorgt ervoor dat de bloedplaatjes minder aan elkaar gaan kleven en aldus is er minder risico op klontervorming

Krachtige bloedverdunners

In sommige situaties, zoals na een hartinfarct, is er gedurende een jaar nood aan sterkere bloedverdunning. In dat geval wordt naast Aspirine nog een tweede bloedplaatjesremmer gegeven. Dat kan ofwel Plavix, Brilique of Efient zijn. Die drie producten zijn krachtigere bloedverdunners en worden veelal slechts tijdelijk voorgeschreven.

Ook na een stentplaatsing kan het ter preventie van klontervorming ter hoogte van de stent nodig zijn bloedverdunners in te nemen, gedurende een tot twaalf maanden. Dat is afhankelijk van het type stent. Er wordt dan veelal gekozen voor Aspirine in combinatie met een van de drie krachtigere bloedplaatjesremmers.

Patiënten met voorkamerfibrillatie

Bij patiënten met voorkamerfibrillatie zal vaak een bloedverdunner worden voorgeschreven. Dat ter preventie van klontervorming ter hoogte van de voorkamers. In die gevallen wordt er ofwel geopteerd voor Marevan, Marcoumar of Sintrom.

Krijg je die geneesmiddelen voorgeschreven, dan is een regelmatige opvolging van de bloedstolling noodzakelijk. Dat gebeurt door middel van een bloedname minimaal om de vier weken. Bij het starten van de medicatie zijn zelfs frequentere bloednames noodzakelijk.

Als alternatief voor die bloedverdunners bij voorkamerfibrillatie is er sinds enkele jaren een nieuwe generatie van bloedverdunners beschikbaar: Eliquis, Xarelto en Pradaxa. Die producten bieden nog iets betere bescherming tegen klontervorming en kennen ook wat minder nevenwerkingen.

Niet alle patiënten komen in aanmerking voor de nieuwe bloedverdunners. Dat kan je met je arts bespreken.

Melden aan je arts

Het is belangrijk dat je steeds meldt aan een arts of tandarts dat je bloedverdunners inneemt. Soms moeten ze onderbroken worden, bijvoorbeeld bij een heelkundige ingreep. Bespreek dat steeds met je huisarts of behandelend cardioloog. In een aantal situaties moet de medicatie dan tijdelijk vervangen worden door spuitjes als Fraxiparine of Clexane. Of dat nodig is, wordt steeds individueel geëvalueerd.