Radiotherapie - oncologie - Veelgestelde vragen

Voor je bestralingsbehandeling moet je meestal niet nuchter zijn. Als dit toch nodig is, zal dit duidelijk gecommuniceerd worden tijdens je eerste consultatie. Voor het voorbereidende simulatieonderzoek moet je mogelijk wel nuchter zijn. Ook dit wordt meegedeeld door de behandelende arts.

Bestraling kan je niet zien, ruiken of voelen. Het doet géén pijn. Na de behandeling blijft er geen straling achter in je lichaam. Je mag gerust met iedereen in contact komen, ook met kinderen en zwangere vrouwen.

Externe radiotherapie maakt je niet radioactief. Het is veilig om bij andere mensen te zijn tijdens en na de looptijd van je behandeling.

Bestralingen kunnen enkele ongewenste bijwerkingen veroorzaken. Deze bijwerkingen zijn steeds plaatselijk en meestal van voorbijgaande aard. Een aantal weken na het beëindigen van de bestralingen genezen deze bijwerkingen meestal volledig. Ze verschillen van persoon tot persoon en hangen af van de dosis toegediende stralen, de plaats van de behandeling en de reactie van je lichaam. De behandeling van deze bijwerkingen zal vanzelfsprekend aangepast worden aan je eigen klachten of problemen.

Heb je vragen of problemen tijdens je behandeling? Dan kan je steeds terecht bij het verzorgende team of je behandelende arts.

Elk bestralingsplan verschilt van persoon tot persoon. Er moet immers rekening gehouden worden met verschillende factoren. Afhankelijk van je bestralingsschema word je gedurende een periode van één dag tot verschillende weken bestraald. Het aantal bestralingen dat je moet ondergaan weerspiegelt in geen geval de ernst van je aandoening. Je bestralingsplan is uniek en wordt speciaal voor jou opgesteld door je behandelende team.